Northern Sumatra, Indonesia - 2005-03-28 16:09:35 - Magnitude 8.7
Laatste update : 2016-07-15 13:48:47 Belgische tijd

Belangrijkste parameters

Datum en tijdstip 2005-03-28 16:09:35.29 UTC
2005-03-28 18:09:35 Belgische tijd
Magnitude Mw 8.7 mb 7.0
Regio Northern Sumatra, Indonesia Andaman Islands to Sumatera
Coördinaten van
het epicentrum
2.096°N 97.113°E
Diepte van het hypocentrum 30.0km

Bron van de gegevens : ISC (International Seismological Center)

Lokatiekaart

Seismogrammen

Seismogram geregistreerd door een station van het Belgisch netwerk : Membach (MEM).

Metingen door het Belgisch seismometernetwerk

Station Afstand
epicentrale (km)
Aankomst P-Golf (hh:mm:ss.ss) Aankomst S-Golf (hh:mm:ss.ss) Maximale
grondverplaatsing (nm)
Code Plaats
MEM MEMBACH ~9916 16:22:28.93 16:33:39.95 1300
WLF WALFERDANGE ~9910 16:22:29.13 16:33:33.86 1900
DOU DOURBES ~10019 16:22:33.39 16:33:31.40 595
UCC UCCLE ~10031 16:22:33.83 - -
SNF SENEFFE ~10039 16:22:34.02 - 900

Seismotektonische context

Tektoniek

Het epicentrum van deze aardbeving lag midden tussen de eilanden Simeulue en Nias, slechts 180 km ten zuidoosten van dat van de aardbeving van 26 december 2004. De aardbeving vond plaats op dezelfde plaatrand, op de grens tussen de Indisch-Australische plaat en de Soendaplaat (deel van de Euraziatische plaat), die naar mekaar toe bewegen met een snelheid van 5-6 cm/jaar. Doordat deze toenadering schuin verloopt t.o.v. de plaatrand is de beweging opgesplitst in subductie (onderduiken) van de Indisch-Australische plaat onder de Soendaplaat langs de Soenda-diepzeetrog, en in laterale breukbewegingen langs de Sumatrabreuk, die zich over de hele lengte van Sumatra uitstrekt. De aardbeving gebeurde op het subductievlak en is het gevolg van een plotse ontlading van de spanning die decennia- tot eeuwenlang wordt opgebouwd door de continue plaatbewegingen.

De aardbeving was geen naschok van die van 26 december 2004, maar een nieuwe mega-subductieaardbeving op het aangrenzend segment van de Soenda-subductiezone dat niet bewogen had bij de eerste aardbeving en waar ook nauwelijks naschokken waren voorgekomen. De aardbeving van december 2004 heeft de spanning op dit breuksegment, waar sinds 1861 geen belangrijke aardbeving meer was geweest, doen toenemen, wat blijkbaar het laatste.zetje heeft gegeven voor de nieuwe aardbeving. Hierbij werd naar schatting een breuklengte van 350 km in beweging gebracht, met een breukverplaatsing van gemiddeld 6 m en maximaal 12 m (Bron: Chen Ji, Caltech). Opvallend is wel dat de ruptuur vooral geconcentreerd was op de onderste helft van het subductievlak. De totale vrijgekomen energie was ongeveer 3 maal kleiner dan bij de aardbeving van december 2004.

Haardmechanisme
Azimut Helling Schuifrichting Afbeelding
Vlak 1 329° 109°
Vlak 2 130° 83° 88°

Het haardmechanisme is vrijwel identiek aan dat van de aardbeving van 26 december 2004. Vlak 1 is in overeenstemming met de geometrie van de plaatrand en met de locatie van de naschokken. Opnieuw valt de geringe helling (minder dan 10°) van het subductievlak op.

Bron: Harvard CMT

Eerdere aardbevingen in de regio

De subductiezone voor de westkust van Sumatra is seismisch zeer actief. Aardbevingen met een magnitude van meer dan 7 komen er regelmatig voor. De laatste grote aardbeving langs het segment van de plaatrand dat bij de nieuwe aardbeving is gebroken, dateert van 1861 en had een geschatte magnitude van 8.5. Iets verder naar het zuiden, tussen de evenaar en ongeveer 5° zuiderbreedte, vond in 1833 een aardbeving plaats waarvan de magnitude op 8.7 geschat wordt.

Aardbevingskans

De kaart van het GSHAP (Global Seismic Hazard Assessment Project) klasseert het westelijk deel van Sumatra als een zone met hoog seismisch risico (10 % kans dat de piekgrondversnelling een waarde van 2.4 - 3.2 m/s² overschrijdt binnen een periode van 50 jaar).

Bron: GSHAP

Effecten van de aardbeving en ingenieursseismologie

Gemelde schade

De aardbeving eiste meer dan 1500 mensenlevens en richtte grote schade aan op de Indonesische eilanden Nias, Simeulue en Kepulauan Banyak voor de westkust van Sumatra. Ook in Meulaboh, op Sumatra zelf, vielen enkele doden te betreuren.

Naschokken

Bron: GSHAP

De aardbeving van 28 maart 2005 werd op haar beurt maandenlang gevolgd door naschokken in een 350 km lange zone tussen het zuidelijk uiteinde van de naschokzone van december 2004 en de evenaar. Dit komt overeen met de ruptuurzone van de aardbeving van 1861.

Andere natuurlijke fenomenen veroorzaakt door de aardbeving

Tsunami

De aardbeving van 28 maart 2005 veroorzaakte een tsoenami die echter een veel kleinere omvang had dan in december 2004. Op het eiland Simeulue werden de haven en de luchthaven beschadigd door golven van 3 m hoog, terwijl het water tot 2 m hoog werd opgestuwd langs de westkust van het eiland Nias en tot 1 m hoog langs delen van de westkust van Sumatra. Ook op grotere afstand werden zeespiegelschommelingen van 5-20 cm geregistreerd door getijdenmeters, o.a. op de Maldiven, Sri Lanka en Cocoseiland bij Australië.

Hoewel de magnitude - en dus de energie - kleiner was dan deze van 26 december 2004, was deze aardbeving normaal gezien toch krachtig genoeg om een desastreuze tsunami op te wekken. Vreemd genoeg gebeurde dit niet, terwijl de aardbeving in 1861 met een vergelijkbare magnitude in dezelfde regio wél een destructieve tsunami heeft veroorzaakt. De oorzaak ligt wellicht in een combinatie van volgende factoren :

  • De breukbeweging bleef min of meer beperkt tot de onderste helft van het subductievlak, en reikte wellicht niet helemaal tot aan de zeebodem;
  • Door de kleinere magnitude was de verticale verplaatsing van de zeebodem kleiner (1 m) dan bij de aardbeving van december 2004 (2 - 4 m);
  • De maximale verplaatsing van de zeebodem situeerde zich ter hoogte van de eilanden voor de westkust van Sumatra, waar de oceaan gemiddeld slechts 200 m diep is. Dit is veel minder dan bij de aardbeving van 2004, waar de ruptuurzone zich bevond onder delen van de oceaan die 1000 - 1500 m diep zijn. Een geringe waterdiepte in het brongebied zorgt voor een veel kleinere opstuwing van de tsoenami bij het naderen van de kust.

Bronnen, links en documenten

Bronnen

  • Caltech (Division of Geological and Planetary Sciences)
  • EMSC (European-Mediterranean Seismological Center)
  • GSHAP (Global Seismic Hazard Assessment Project)
  • Harvard CMT (Harvard Seismology)
  • ROB (Royal Observatory of Belgium)
  • USGS-NEIC (U.S. Geological Survey, National Earthquake Information Center)

Liens

Databeleid

Gelieve dit bericht te lezen voor meer informatie over ons gegevensbeleid.