Om te begrijpen waar, waarom, wanneer en hoe vaak aardbevingen optreden in een bepaalde regio, dienen we de tektonische situatie, dit is de structuur van de aardkorst en de continue deformatie ervan, te kennen. Deze samenhang tussen seismische activiteit en tektoniek noemen we seismotektoniek.
In de globale context van de platentektoniek ligt België binnen de Euraziatische plaat, op respectabele afstand (> 1000 km) van de plaatgrenzen, waar 90% van de grote aardbevingen wereldwijd plaatsvindt. Ons land is dus gesitueerd in een intra-plaat-zone, en meer specifiek in het continentale deel van deze plaat of intracontinentale zone. Hoewel de deformatie binnen een plaat veel geringer is dan langs de plaatgrenzen, blijken platen niet volledig star (onvervormbaar) te zijn. Het spanningsveld dat wordt opgewekt door relatieve bewegingen langs plaatgrenzen kan op sommige plaatsen binnen een plaat aanleiding geven tot actieve deformatie, en dus tot aardbevingen. Meestal zijn intracontinentale tektonische bewegingen beduidend langzamer dan deze langs plaatranden: zo beweegt de bekende San-Andreasbreuk in Californië bv. met een snelheid van verschillende cm/jaar, dit is 500 tot 1000 maal sneller dan de actiefste breuken in Noordwest-Europa.
Het spanningsveld in Noordwest-Europa wordt gecontroleerd door het uiteendrijven van de Noord-Amerikaanse plaat en de Euraziatische plaat ter hoogte van de Midden-Atlantische Rug, en door de botsing van de Euraziatische plaat met de Afrikaanse plaat in het Middellandse-Zeegebied. Dit laatste heeft aanleiding gegeven tot de opstuwing van de Alpen, en fragmentatie van het Middellandse-Zeegebied in verschillende microplaten. Het actuele spanningsveld tussen de Alpen en de Noordzee wordt gekenmerkt door een noordwest-zuidoost gerichte horizontale component van maximale compressie, en een zuidwest-noordoost gerichte horizontale component van minimale compressie (rek). De oriëntatie van bestaande breuklijnen ten opzichte van dit spanningsveld bepaalt het seismotektonisch regime en de deformatiestijl op een regionale schaal. Plaatbewegingen, en dus het geassocieerd spanningsveld, variëren uiteraard doorheen de tijd, maar slechts op een geleidelijke manier. Het huidige seismotektonisch regime is tot stand gekomen in het recent geologisch verleden, en zal nog geruime tijd blijven bestaan.